Planten van hier en planten van daar.

Natuurlijk gekweekte planten. Daar gaan wij voor, daar werken we mee en daar worden wij als kwekers gelukkig van. En wij niet alleen maar ook de hele hofhouding die rond een plant of struik of boom verblijft, er afhankelijk van is, er door gevoed worden, of liever gezegd, ze eten er van. Ze rusten er op, ze verbergen zich er in, ze nestelen, ze slapen… alles.

Hofhouding?
Ja, dieren, schimmels, andere planten en nog veel meer organismen die wat moeilijker in een hokje zijn te plaatsen maken optimaal gebruik van elkaar. Kunnen vaak niet zonder elkaar.
Die samenleving van alles wat leeft is heel plaatsgebonden. Klimaatgebonden. Grondgebonden. Milieugebonden. Iedere verstoring geeft heibel. Maar zo is de natuur. Constant een dynamiek of zo je wil een dynamisch evenwicht.

Dynamiek
Die dynamiek is verstoord door de mens. We denken de natuur te kunnen sturen en vormen en naar onze zin te boetseren en als de natuur niet meewerkt moet ze maar oprotten.
Dat is jammer voor al die planten en hun hofhoudingen.
Van ver
Daarnaast weet de mens ook nog eens van heinde en ver indringers te halen waar de natuur van hier geen weet van heeft. En die soorten van ver schrikken zich ook rot. Maar zoeken hun kansen. Niet bewust, maar uit overlevingsdrang. En zonder uitzondering geeft dat problemen. Een dynamiek als een meteorietinslag. Ellende. Altijd. Overal ter wereld.

Technologie
Nog erger maakt de mens het door in te grijpen in die ellende. We zoeken een technologisch gedreven oplossing voor de paniek onder de soorten. Van dit is er te veel, hup iets verzinnen om het te elmineren. (pesticiden) Van dat is er te weinig, hup, we krapen met veel energie de voedingsstoffen uit andere stoffen… (kunstmest}. We wachten niet meer of het ergens uitgepoept komt, nee met veel geweld zorgen we er zelf wel voor. Maar dat werkt toch ook weer niet, hup nieuwe …. enz. enz.
Wat heeft dat nou te maken met het kweken van planten. Van wilde planten? Van hier? Wat wij doen?

Alles. We willen de soorten van hier helpen met soorten van hier. Maar we kunnen geen natuur maken. Echt niet. We kunnen misschien de natuur wel helpen. De soorten helpen. Door in onze tuinen, onze directe leefomgeving de natuur weer een kans te geven. Niet door wormen te gaan kweken, of lieveheersbeestjes of knuffelbijen te verkopen aan goedgelovige mensen die het ook niet meer weten. We gaan voor planten, struiken, bomen van hier en dan helpen we de restjes hofhouding het meeste. Denken we. En dat blijkt al uit diverse onderzoeken ook echt te werken. We maken geen natuur, maar helpen de soorten een beetje op weg in de hoop dat ze het overleven.
Natuurlijk
Dat doe je dan uiteraard zonder onze bekende hulpmiddelen. We laten de soorten het zelf uitzoeken en daar zijn ze goed in! Maar dan gaan we dus zo weinig mogelijk soorten van ver de boel laten verstoren. We kweken uit zaden van hier planten van hier en helpen de hofhoudingen van hier. Ook wel de biodiversiteit genoemd.
We kweken NATUURLIJK. Zonder pesticiden. Ook niet de zogenaamde natuurlijke. pesticiden. Die doden delen van de hofhouding of de planten zelf, ook de natuurlijke pesticiden. Die komen er niet in. En uit grondstoffen gekraakte meststoffen missen de heerlijke combinatie van duizendendieren poep of duizendenplanten compost. De combinatie waar de planten van hier zo gewend aan zijn.
Dat is NATUURLIJK.

En BIOLOGISCH dan? Dat is anders. Je zou zeggen, maar dat is hetzelfde. Klopt. Tot het woord gekaapt werd door de mens en door onze (EU) overheid voorbehouden blijft voor kwekers die over ons dagelijks voedsel gaan en bijna natuurlijk werken. Om te zorgen dat mensen die zonder gif en kunstmest willen eten, dat ook echt kunnen doen en dat daar controle op is. Want de mens is vindingrijk. Controle vraagt regels en mankracht en kost dus geld. Volkomen logisch. Maar het keurmerk biologisch is niet op alles voorbereid.
Zeker niet op marginale spelers in de markt. Zoals kwekers van planten. Van planten van hier. Daar wordt wel over nagedacht, maar toch, we zijn een beetje “RAAR” in de leterlijke Engelse zin van het woord “rare” ofwel zeldzaam.

Onnodig
Waar bij BIOLOGISCH nog wel eens een uitwijk mogelijk is om een teelt te redden is dat volkomen onnodig bij de teelt van planten van hier. We zijn niet afhankelijk van een handel die om soorten vraagt. Iedere wilde plant is er een. En als een soort het niet doet, omdat we even niet in de gaten hadden dat als je bepaalde planten te veel water geeft ze gaan rotten terwijl moerasplanten het omgekeerde doen. Tja, dan pas je je teelt aan. Naar de meest NATUURLIJKE teeltwijze. We weten daarom ook exact waarom zeldzame planten zeldzaam zijn. Het zijn lastpakken.

Vraag dus naar NATUURLIJK gekweekte planten dan weet je dat ze biologischer gekweekt zijn dan met het BIOLOGISCHE EKO keurmerk of groene bio blaadje van de EU. Niet omdat het moet maar omdat het kan. En ja, het is een kwestie van vertrouwen. Maar omdat wij als wilde planten kwekers van de planten EN de hofhouding houden, letterlijk, kan iedereen ons wel vertrouwen. Denk ik….
En er zijn al wilde plantenkwekers die het keurmerk mogen voeren. De meeste zijn kleiner, met minder omzet en personeel en kunnen daarom de extra kosten, de extra administratie de extra labeling en de extra onderzoeken van wat er ingaat en uitgaat vanwaar en waarnaartoe niet betalen. Maar ze werken wel NATUURLIJK. Allemaal.
