Zijn exotische planten een aanvulling voor onze biodiversiteit?

Rekenkundig is iedere plant, ook exotische of doorgeteelde sierplant een soort en je denkt dan dat dat meetelt. Maar in het geval van soorten die ergens ter plekke niet thuishoren is dat absoluut niet waar. Ondanks dat je meer soorten telt zijn soorten die hier (of waar ook ter wereld) niet thuishoren GEEN verrijking van de biodiversiteit.

Toverhazelaar, Oost Aziatische exoot, ge-ent op Amerikaanse exoot zonder enige hofhouding van betekenis bij ons

Hofhouding en co-evolutie.
Dat komt omdat planten en ook dieren, op een vreemde plek hun hofhouding niet bij zich hebben. Hun soorten waar ze van leven, hun soorten die hen helpen tegen ziektes en vijanden, hun in duizenden jaren samen opgegroeide soorten, de resultaten van co-evolutie, waardoor ze allemaal definitief hun evenwicht kwijt zijn.

Bij planten is dat ingewikkelder dan bij dieren die over het algemeen wel andere plekken kunnen opzoeken om zich wat comfortabeler te voelen. Maar het samenleven in de grond missen de exotische planten van ver allemaal. De diersoorten die ze kunnen bestuiven missen ze, de soorten die ze beschermen tegen opvreters missen ze. De soorten die ze beschermen tegen schadelijke schimmels missen ze. En die “schadelijke” soorten zijn op de vreemde plek ook heel anders. De helpende schimmels zijn heel anders, de bestuivers zijn heel anders, de grondsamenstelling is heel anders…

Onze hommels zijn meestal niet selectief en eten ook nectar van de Amerikaans zonnehoed. Daarbij “vergeten” ze de soorten van hier waardoor de zonnehoed schadelijk is voor inheemse planten omdat ze minder bezocht worden door hommels.

En je moet maar afwachten of al dat vreemde leven met jou kan samenleven of dat jij daar aan kan wennen. Ook het klimaat werkt niet mee meestal. De subtiele samenloop van warmte of kou en vochtigheid,vde daglengte, veel of weinig mist, wind of stroming…

Zielig
Eigenlijk is het heel erg zielig voor exoten om zo ruw weggerukt te worden uit hun vertrouwde en “vriendelijke” omgeving. Je kunt wennen aan elkaar maar dat duurt lang. Heel erg lang. Na een paar honderd jaar heb je een klein kringetje om je heen gevormd, pas na duizenden jaren en vele generaties verder ben je echt onderdeel geworden. Vergeet niet die 12.000 jaar na de laatste ijstijd die de huidige biodiversiteit heeft gevormd en nog steeds vormt. “Zij-instromers” blijven heel erg lang buitenstaanders en kunnen vaak heel vervelend doen tegen de gevestigde orde. Ze zelfs uitroeien of marginaliseren omdat ze geen verweer hebben tegen de indringers.

Japanse duizendknoop, sierplant, eetbaar, verdringt inheemse soorten en vernietigt de groeiplaats van inheemse soorten. Wordt nog niet bestoven dus nog zonder zaad, heeft geen hofhouding die hem tegenhoudt of opvreet.

Heel zielig. En dan begrijp je mensen niet die rustig beweren dat dat allemaal niets uitmaakt. Dat ze snel “inheems” verklaard kunnen worden. Dat ze meetellen in de “biodiversiteit”. Die mensen doen dat omdat ze er aan kunnen verdienen (voedselplanten in voedselbossen bijvoorbeeld of “nieuwe nutsgewassen, of onder het mom van klimaatbestendig tuinieren of gewoon omdat ze makkelijk te kweken zijn als sierplant) of gewoon denken dat wetenschap maar “een mening” is in plaats van inzichten uit jarenlange onderzoeken. En nog steeds lopende onderzoeken naar planten- en dierziektes die te danken zijn aan het gesleep met soorten over de hele wereld…. Wel triest eigenlijk… Er worden al honderden miljarden uitgegeven over de hele wereld om exoten te bestrijden en hier mogen sommige soorten nog gewoon verkocht worden.

Veldsalie, Salvia pratensis

Er is veel te doen om wat nou precies een inheemse plant of dier is of wat een exoot.

Wat is inheems eigenlijk? Of wat bedoelen we er mee?
Inheems in de letterlijke zin van het woord is een plant of een dier die op een plek al eeuwenlang vertoeft, leeft en samenleeft met heel veel andere organismen. Afhankelijk van elkaar en vaak ook niet zonder elkaar kunnend.

En wat is dan die grens?

Cichorei met zweefvlieg

Om het makkelijk te maken hebben we het dan over een land. Met een eigen bestuur, eigen onderzoeksinstellingen en een eigen taal, meestal. In die taal worden dan door de wetenschap lijsten gemaakt van wat er in het wild voorkomt. Voor planten een flora, paddenstoelen-, mossen- en korstmossen gidsen voor dieren vergelijkbare collecties zoals vogelgidsen, vlindergidsen enz. Maar omdat er zo veel soorten zijn die ook nog moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn die meestal niet compleet gevat in gedrukte gidsen maar vaak zijn ze wel digitaal beschikbaar.
Ook zijn er een aantal jaar geleden lijsten opgesteld door de overheid, zogenaamde “Rode lijsten”, die de zeldzaamheid en de gevoeligheid uitdrukken van dier- en plantensoorten.
Allemaal binnen de landsgrenzen. Dus van Nederland, van Duitsland, van België en zo van ieder land.

Landsgrenzen zijn verzonnen grenzen.
Planten, dieren en andere organismen herkennen die niet. Wat nu Nederland is, was in de laatste wereldoorlog onderdeel van een ander land gemaakt, voor 1836 hoorde België er nog bij, daarvoor hoorden we bij Frankrijk, Spanje, deels bij het Romeinse rijk… dat al die keren was “inheems” heel iets anders.

Duinen van Voorne

Wat betreft planten kun je andere grenzen trekken. Grondsoort, bijvoorbeeld. Dan krijg je heel veel kleine “inheemse” stukjes. Zoals kalkrijke duinen, kalkarme duinen, laagveengebied, hoogveen, zure droge zandgrond, zure natte zandgrond, zeeklei, rivierklei, beekklei, stuifzanden, zandrivieren, lössgrond, kalkrijke grond, kalkrotsen, zure rotsen… verzin het maar er zijn nog veel meer deelstukjes te bedenken.

Er blijkt in zo’n omgeving ook overeenkomsten te zitten en overgangsvormen en overlappingen. Dieren zijn mobieler dan planten en mossen. Je kunt ook bedenken dat een hele regio met elkaar in verbinding staat en dat planten enzo zich daarbinnen in redelijke mate kunnen en zullen bewegen. Er is regelmatig uitwisseling en de omstandigheden bepalen of organismen zich daar zullen vestigen. Zo kent Frankrijk bijvoorbeeld vier van dat soort rgeio’s. Gevat in de “Quatre flores de France” De traditionele Flora van Frankrijk. Ofwel de vier flora’s van Frankrijk. Dat is een vrij grove indeling.

Kaart van waar je volgens mij kunt stellen dat natuurlijke uitwisseling mogelijk is.

Zo zou je ook de Benelux, Noord Frankrijk en de twee aangrenzende Duitse bondslanden tot een regio kunnen bestempelen met grofweg de Elbe, Seine/Marne en de Noordzee als grens. Je kunt veronderstellen dat planten en zeker dieren zich hier in kunnen bewegen en elk deel in principe kunnen bereiken en vestigen als de omstandigheden juist zijn.

Niet iedereen is het daar mee eens.
Niet iedereen zal het daar mee eens zijn natuurlijk en dat mag. Maar op zich lijkt mij dat een best redelijke cirkel. Let wel, vanuit ons gezien. In Duitsland zal men een heel ander idee hebben, in Frankrijk ook, België ook en iemand meende dat Denemarken er ook best bij kon omdat je daar veel dezelfde soorten tegenkomt als bij ons, of zelfs Groot Brittannië.

Of juist veel kleiner.
Kan ook. Een veldsalie uit het Nederlandse rivierengebied kan genetisch verschillen van een veldsalie uit Groningen. Van de kleine schorseneer van de Veluwe hoort die nou bij de zuidelijke voorkomens of de oostelijke. Net zoals de blauwzwarte rapunzel en wat te denken van de verschillen tussen de uiterst zeldzame zaagblad voorkomens. En kun je een verdwenen orchidee uit Brabant weer herintroduceren uit de dichtstbijzijnde voorkomen uit Normandië? Ik kan je verzekeren dat daar over gediscussieerd wordt op floristisch niveau.

Streektuinen

Op de site van #streektuinen wordt diepgaand in gegaan op wat nu precies inheems, autochtoon inheems en onze Eco regio is. Grofweg het diepe kustgebied van Bretagne t/m Denemarken. Iets langer dan wat wij voorstellen en iets smaller. Grofweg de Eifel valt af. De moeite van het lezen waard! En een bevestiging dat we op de goede weg zitten.

De Ecoregio inheemsheid gedefinieerd door Streektuinen

Zwartblauwe rapunzel, Phyteuma spicatum subsp. nigrum. Geisoleerde populaties in Drenthe, Noord Brabant en Zuid Limburg.

En is een Middellandse zee soort zoals de walstroleeuwenbek of lavendel nu een exoot of komt die vanzelf naar het noorden vanwege het opwarmen van de atmosfeer of is hij hierheen gebracht als tuinplant en ontsnapt hij.

Van veel planten weten we dat ze hier nooit zouden zijn gekomen als de mens ze niet doelbewust opgepakt hadden en meegenomen naar huis. Zoals soorten uit de Amerika’s, Afrika, Australië, New Zealand, Azië en andere streken. Ook van hier naar daar trouwens. We slepen wat af.

Maar soorten kunnen ook onbewust versleept worden. Met ons vervoer. Schepen, vliegtuigen, spoorlijnen en wegvervoer. Zo komen veel mediterrane soorten bij ons voor op campings omdat ze door caravans per ongeluk meegenomen zijn.

Lavendel, mediterrane tuinplant.

En Australische soorten zijn met wol meegevoerd naar Luik en omgeving en komen daar soms weer op, of met graan uit diverse landen die dan weer rond graanmolens voorkomen of in havens, ook binnenlandse zoals het pothoofd bij Deventer. Ook botanische tuinen met hun eeuwenlang verzamelende wetenschappers en heemtuinbeheerders die hun collectie van iets verder haalden om die speciale soort toch maar te laten zien.

Walstroleeuwenbek, Linaria purpurea

Ook voedsel is een belangrijke verhuisoorzaak. Granen en hun “onkruiden”, groentes, fruit, koffie, tabak, bomen voor hun hout, alles is versleept van hot naar her. Net als met dieten. Vaak met desastreuze gevolgen voor de streken waar ze geïntroduceerd zijn. Geldt voor de hele wereld. In de USA worden Europese soorten als invasieve exoten gezien. En in Europa de Amerikaanse. In New Zealand, met een heel bijzonder flora en fauna zijn Europese, Amerikaanse en uit andere streken geïmporteerde soorten desastreus voor die flora en fauna en rijdt de natuurbescherming daar rond met een giftank om de allerergste in te dammen. (zelf gezien, staat ook op waarschuwingen).

Ook dieren zoals varkens, geiten, schapen en koeien als landbouwhuisdieren en konijnen en herten als jachtdieren en pelsdieren voor bont en zelfs zangvogels, eenden, zwanen, papagaai achtigen en andere “sier”vogels zijn ontheemd over de hele wereld net als per ongeluk versleepte soorten zoals ratten en plant”parasieten” die elders zonder hun opvreters vreselijk te keer gingen en gaan.

New Zealand, waarschuwing voor gif bij bestrijding opossums, een geïntroduceerde “bont”soort uit Australië die veel schade doet aan inheemse flora

Ieder land heeft zo zijn exoten en exotenbeleid. In Europa is er een Unielijst van soorten die problemen geven.

Maar waarom zijn soorten van ver nou zo’n probleem? Ik schreef het hiervoor al: Ze hebben hun eigen kring van afhankelijke soorten niet bij zich en voelen zich op een andere plek ook “ontheemd”. Ze hebben geen hofhouding van thuis. Wat tot gevolg kan hebben dat ze door gebrek aan vijanden extreem kunnen uitbreiden. Soms te koste van soorten die er van oudsher thuishoren. Of dat ze niet bestoven kunne worden of dat ze hun voedsel niet kunnen vinden.
“Maar ik zie bijen vliegen op exotische tuinplanten”… Die wel. En hommels en vlinders en vogels lusten ook best een buitenlands besje. Dat klopt. Dat zijn generalisten. Die maakt het niets uit waar ze van eten als het maar “lekker” is. Die je ook kunt voeren met een schaaltje suikerwater of met fruit uit verre landen.

Hommel op Japans hoefblad

Het past precies.
De soorten van hier (of waar dan ook in de wereld) die door tienduizenden jaren samenleven in co-evolutie, helemaal op elkaar zijn afgestemd en van elkaar afhankelijk zijn geworden hebben niets met die vreemde soorten. Feitelijk zijn het allemaal sleuteltjes die in een slot moeten passen (las ik laatst van een collega om het uit te leggen) De snuit van een kever moet in de bloem passen om er het nectar uit te halen. Bijvoorbeeld. Of die van een wilde bij, of vlinder. En die ene plant heeft alleen baat bij die ene bestuiver vanwege hun bouw om stuifmeel mee te geven. Bijvoorbeeld.

Te vroeg of te laat bloeien
Zelfs regio’s die te ver weg liggen kunnen al een probleem zijn terwijl er toch dezelfde soorten groeien. Zoals de zaadkwekerijen die in Oost Europa zitten en goedkoop zaad leveren voor pretpakketten met zogenaamd wilde bloemen, kunnen net te vroeg of te laat bloeien voor de insecten van hier. Insecten leven vaak maar heel kort en dan is het jammer maar helaas. Wel de veldsalie maar te laat bloeiend. Of de sleedoorn uit het zuiden die voor dat er ook maar een insect vliegt al uitgebloeid is. Of de bloemvorm die net iets anders is…sleutel en slot…

Sleedoorn, Prunus spinosa

Daarom moeten we met versterking van de biodiversiteit van hier ons vooral richten op de soorten van hier. Zo veel mogelijk. Op het pietluttige af lijkt het soms. Want wat er ook gebeurt met soorten die niet of net niet van hier zijn is dat die de algemene bestuivers bovenmatig bevoordelen. Die dan wanneer de net niet soort uitgebloeid is, zich werpen op de planten van hier die na leeg gegeten worden door die alleseters of kroeglopers waardoor de bedreigde insecten van hier het nakijken hebben. Zoals de honingbijen de hei leegvreten waardoor specifieke heide soorten, wilde bijen, vlinders en alle andere insecten het nakijken hebben.

Op vlinderstruik verhongeren insecten
Of een vlinderstruik uit Azië die een heel specifieke bloemvorm heeft waar veel insecten niet in kunnen worden, maar blijkbaar wel heel aantrekkelijk zijn dat zeldzamere soorten er op af komen maar het “heerlijks” niet kunnen bereiken. En er toch blijven rondhangen… in plaats van op zoek te gaan naar de bloemen waar ze wel bij kunnen. Wat al aangetoond schadelijk is voor die planten die juist die specialisten nodig hebben…

Inburgeren duurt duizenden jaren voordat je iets “inheems” kunt noemen. De co-evolutie is niet iets van jaren…

En wanneer wordt een soort nu inheems is vaak de vraag. Want na zoveel uitstervingsgolven en klimaatwisselingen is er wel steeds weer een heel ecosysteem opgebouwd en weer verloren gegaan. Grofweg gaan we er van uit dat na de laatste ijstijd ons ecosysteem zich heeft gevormd zeg maar 12.000 jaar geleden. Met allerlei klimaatveranderingen daar tussendoor kun je dus wel stellen dat “nieuwe soorten” toch duizenden jaren nodig hebben om zich aan te passen en sleutels en slotjes te vormen. Waar altijd weer soorten van af gaan en weer bijkomen. Steeds weer die “co-evolutie”…
En dat gebeurt dus niet in honderden jaren wat sommige mensen wel denken. Ook wetenschappers denken dat soms. Maar als je ziet hoeveel soorten zich gevormd hebben als hofhouding rond Amerikaanse eiken die toch al honderden jaren hier zijn is dat veel minder dan bij eiken van hier die er al tienduizenden jaren zijn. En het zijn ook nog vaak de wat algemenere soorten ook en vrij weinig specialisten.

Daar wordt veel onderzoek naar gedaan en de co-evolutie wordt steeds meer gezien als verklaring waarom plotseling inbrengen van gebiedsvreemde soorten zo’n schade aanrichten in min of meer stabiele eco systemen.

Bleke klaproos, Papaver dubium

En graangewassen? En mediterrane soorten die door de Romeinen meegenomen zijn? Die worden Archeofieten genoemd. Voor 1500 hier geïntroduceerd. Soorten die later hier naar toe gehaald zijn al of niet bewust, zijn adventieven of tuin escape en kunnen ingeburgerd raken. Soorten die zelf naar het noorden of oosten of zuiden ofzo kruipen of vliegen of drijven noemen we neofieten die ook ingeburgerd kunnen raken. Vaak komen die hier pas als er al een soort “hofhouding”of andere omstandigheid is die ze welkom heten of herkenbaar zijn. Bijvoorbeeld de zee lathyrus die wereldwijd naar alle kusten is gedreven en daar zich vestigt waar hij welkom is. Eigenlijk net als mensen. Die komen ook op eigen kracht of kunnen op eigen kracht ook overal komen en zijn dus nergens exoot….

Maar die echte exoten… laten we die niet importeren. Je weet nooit wat voor een ellende die gaan geven. Er zijn al eeuwenlang soorten geïntroduceerd soms met succes en in tevredenheid maar heel vaak met heel vervelende gevolgen voor de biodiversiteit ter plaatse. Dus ook niet voor hypes als smulbossen of “voedselbossen” en zogenaamd klimaatbestendige beplantingen. Dat zijn vooral en vrijwel enig nieuwe verdienmodellen van handige zakenlieden die een “gat in de markt” zien en nooit een oplossing vormen voor het enorme verlies aan biodiversiteit of voor de voedselvoorziening. We weten al tienduizenden jaren te overleven met klimaatwisselingen zonder deze gekkigheid.

Zeelathyrus, Lathyrus japonicus, en zelfstandig zwervende soort langs zeekusten dus nergens “exoot”
Reuzenberenklauw een echt invasieve exoot zonder waarde anders dan decoratief en nectarbron voor niet specialisten.

2 Comments

  1. Je kunt er een uitgesproken mening over hebben! Zoals geen huiskraaien of nijlganzen! Vliegen kunnen ze allemaal en exoten in vogelkooien! Vroeger stonden er langs de spoorlijn veel “bijzondere” planten, meegelift op de trein! Ook de Amerikaanse vogelkers, kent inmiddeld vele schimmels die hen belagen! De Douglasspar is een pracht boom, zowel voor de houtproductie als groeiend op de arme Veluwse gronden! Zoals je zei, flora en fauna houden niet op bij de grens van Nederland, bij grenspaal 97 !
    Tegenwoordig worden veel argumenten gebruikt om houtsnippers te verstoken! Doen we veel moeite om het zinkviooltje te “redden” , eigenlijk een plant op veronreinigingen! Zou een tamme kastanje een exoot zijn! Vanwaar toch dat opgeheven Nederlandse wijsvingertje! Volkomen zinloos met onze Europese grenzen die niets bepalen tav van plantengroei! Net als vroeger bij de Stinsen wilde men iets hebben om een ander mee te pronken! Dat zal zo blijven en niet veranderen! De tijd zal leren hoe het verloopt, enige terughoudenheid zou goed zijn! De “natuur” zelf zal bepalen welke “exoot” overleeft, plant, dier of mens, als laatste! Elke variatie in klimaat, geeft anderen weer een voorsprong of juist niet! Als we maar niet naar de gifspuit grijpen, daarmee vernietigen we meer dan goed is en bovendien onze eigen gezondheid! Het tuinieren in natuurgebieden, is vaker een zinloze zaak! De tijden van Jac P en Elie H zijn voorbij en ook de heide is een monocultuur! Laten we vooral blij zijn met biodiversiteit, hoe beperkt ze ook is, het tot in den treure maaien, heeft veel meer fout gedaan, dan welke andere maatregelen dan ook! Maar doodspuiten van insecten en schimmels is een zinloze daad en gaat ten koste van onze eigen gezondheid! Deze ingeslagen “weg” loopt dood, ook voor onze bodem en ons leven, herstel bodemleven! Ik stop, “stop” Bayer!

    Geliked door 1 persoon

    1. We zijn bezig met wetenschappelijk onderzoek. En dat is geen geen exacte waarheidsvinding. De natuur trekt zich niets aan van wat wij daarover vinden. Maar het doelbewust overbrengen van soorten die uitzichzelf de plek redelijkerwijs niet zou bereiken stelt de plastselijke natuur voor soms onoverkomelijke problemen omdat de hofhouding van plant of dier niet meegekomen is. Dat heeft duizenden jaren nodig om zich aan te passen. Dat zien we met de archeofieten (ingevoerd voor 1500) die nog steeds achterlopen en de vaak agressieve en vernietegende aanwezigheid van die exoten.het “nut” voor de mens is geen natuurlijke eigenschap maar een waanidee van de mens. Je noemt zinkviooltje. Die is tolerant voor zware metalen, maar die zijn overal ter wereld aanwezig, ook in natuurlijke situaties. Dat wij dat ook veroorzaakt hebben en daardoor een wat uitbundige tolerante voorkomen van die soorten veroorzaken is een gegeven. Maar geen onnatuurlijk gegeven. De am vogelkers heeft nu een iets rijkere hofhouding maar het zijn enkel algemene soorten die niet soortspecifiek zijn en waarschijnlijk door de zwakke afweer van de exoot een kans krijgen. Dat kan op den duur tot een evenwicht komen. Maar het blijft duizenden jaren zorgen voor een disbalans.

      Geliked door 1 persoon

Geef een reactie op Martin Stevens Reactie annuleren